Mama

Onveranderlijke omstandigheden

Hoe langer het duurt, hoe moeilijker het schrijven wordt. Ik merk aan mezelf dat ik niet meer de drang heb om te schrijven zoals eerst, toen wilde ik alles opschrijven en bewaren. Ik probeerde krampachtig om elk mogelijke herinnering vast te leggen, zodat ik maar niets zou vergeten. Dat ging van verhalen schrijven over leuke en minder leuke periodes, tot het bewaren van foto’s en brieven. Mijn verzamelzucht nam steeds toe, ik koesterde de kleine dingetjes zodat ik het grote niet vergeten zou. Nu kwam ik laatst de kalender van het jaar 2007 tegen en voordat ik het wist, bladerde ik naar 23 december. En hoe ver ik ook ben in mijn rouwproces, hoe goed ik ermee om kan gaan, er zijn soms momenten en die brengen me terug naar het moment. Ik wil er nu zo snel mogelijk mee leren leven, maar toch confronteer ik mezelf steeds met deze pijnlijke momenten. Doelbewust.

Ben ik hierdoor wat sadomasochistisch ingesteld? Ik weet niet goed wat het is, maar ik wil ook graag blijven herinneren. Herinneringen die me doen denken aan de mooie momenten, maar ook de herinnering van het missen. Ik wil de pijn voelen van het missen, alleen maar zodat ik blijf herinneren hoe het was. Die kalender bracht me precies weer terug naar de specifieke datum, de dag waarom we afscheid moesten nemen. Maar die confrontaties komen terug op elk moment, ongeacht waar ik ben. Het gaat ook om veel andere dingen, de raarste dingen. Zo zijn er Wuppies die we noodgedwongen hebben, omdat mijn moeder die toen leuk vond. Een heel rijtje siert de computerkamer. Toen vond ik er niets aan, nu hebben ze toch wel wat speciaals omdat zij die wilde bewaren. Van weggooien is dus ook geen enkele sprake meer, het liefst stop ik alles in een grote doos die ik nooit meer weg zal gooien. Ook al herinnert die doos mij ook aan alles wat kut is.

Constant weer die tegenstrijdigheid. Ik ben op zoek naar een bepaalde vorm van afsluiting van het afgelopen jaar, maar van de andere kant wil ik dat deze periode nooit ophoudt. Er zijn nu zeven maanden voorbij en die periode lijkt voorbij te zijn gevlogen. Er is inmiddels weer zoveel gebeurd in mijn leven, zoveel dingen die zowel goed als slecht voor me zijn geweest. Maar dat er vanalles is gebeurd, is ook een teken dat ik toch door ben gegaan met leven. Ik heb namelijk mijn tweede jaar van mijn opleiding succesvol afgerond. En met een schooljaar met daarin een lastige stage en een moeilijke leervorm, is dat toch best iets om trots op te zijn. Ik heb ervoor gekozen om mijn eigen leven met beide handen aan te grijpen en nu blijkt dat die keuze echt de goede is geweest. Ik heb namelijk bijna alles gehaald en ik zeg tegen mezelf dat dit goed is. Het liefst had ik natuurlijk meteen alles gehaald, maar ja, na zo’n periode moet je ook niet gaan lopen zeuren. Ik heb wel eens gevreesd dat ik misschien iets teveel met andere dingen bezig zou zijn, dat ik mijn eigen gemoedsrust zou verwaarlozen, maar die angst blijkt nu ongegrond. Ik heb nu eindelijk deze schoolperiode en daarmee ook een periode van mijn leven afgesloten en dat voelt echt ontzettend goed.

Maar van de andere kant voelt deze afsluiting ook weer wat vreemd. Ik heb eindelijk mijn Propedeuse binnen, heb eindelijk iets tastbaars dat laat zien dat ik goed bezig ben geweest op school en dan is mijn moeder er niet om dat mee te maken. Zij heeft me altijd gesteund in de moeilijke tijden en nu er eindelijk iets is waar ze trots op kan zijn, is ze er niet. Deze afsluiting krijgt dan ook een beetje een wrange nasmaak. Natuurlijk ben ik blij en trots, maar ik vind het zo ontzettend jammer dat zij dit niet kan zien. Hierdoor kan ik er nog niet echt van genieten en dat maakt het weer eens lastig voor me.

Ergens in de afgelopen maand kreeg ik ook het bericht te horen dat een bekende van me ook de diagnose kanker heeft gekregen. Hij is maar net iets ouder dan mij en ook al ken ik hem niet heel erg goed, toch liet dit nieuws mij niet los. Ik wist niet goed wat ik ervan moest denken, ik wist niet goed wat ik met dit nieuws zou moeten doen en ik begon opeens allerlei rare dingen bij mezelf te voelen. Ik heb altijd gedacht dat ik er niet bang voor zou zijn, maar nu het zo dichtbij is gekomen, schrok ik er echt ontzettend van. Ik heb hem een kaartje gestuurd met een positieve tekst, als steun, omdat ik weet wat hij meemaakt. Maar in het begin twijfelde ik over de echte reden voor het sturen van dit kaartje. Wilde ik hem succes wensen? Of wilde ik mijn eigen angsten laten verminderen? Is dit een beetje te snappen? Ik twijfelde of de boodschap die ik hem gaf, eigenlijk was bedoeld om mijn eigen vrees weg te praten. Ik wil zelf niet aan deze ziekte lijden en door maar vaak genoeg te zeggen dat het goed komt, ga je dat zelf ook geloven. Dat soort werk. Maar ik weet nu dat mijn bedoelingen oprecht waren, ik gun hem alle succes en gezondheid van de wereld. Ik weet wat hij meemaakt en dat het zo ontzettend moeilijk is om nog door te gaan.

Stel je voor, dan heb je de dertig nog niet bereikt. Woon je net in een nieuw gekocht huis, heb je plannen gemaakt voor de toekomst en dan krijg je van een arts te horen dat je celdeling verkeerd is gegaan. Daar gaan al je mooie plannen en dromen. Al je zekerheden zijn binnen een uurtje veranderd in onzekerheden. En die verandering, dat maakt me ook echt heel erg bang. Ik dacht vroeger altijd dat het mij niets uit zou maken als ik dood zou gaan, ik was gewend geraakt aan het idee van sterven. Nu ik na de dood van mijn moeder zo positief ben geweest en mijn leven echt zin heb gegeven, ben ik juist veel banger geworden om te sterven. Ik wil graag dromen over mijn toekomst, wanneer ik eindelijk een keer een opleiding heb afgerond, dat ik samen woon met mijn meisje, dat ik wat kleine kinderen van mezelf heb en dat ik een mooi leventje vol kan houden tot ver in de bejaardheid.

Ik vind het leven tegenwoordig weer zo leuk, dat ik daardoor veel banger ben geworden om te sterven. Dat heb ik in het vorige verhaal ook wel duidelijk gemaakt. Maar toch overheerst die angst niet bij me. Mijn vriendin zei laatst tegen mij dat ze niet goed begreep hoe ik deze periode ben doorgekomen. Ze zei dat zij constant zou huilen als het haar zou overkomen, terwijl ik zo rustig ben gebleven. Ik heb daar ook al eerder over geschreven, maar laatst kwam ik een zin tegen die de spijker precies op zijn kop sloeg. ‘If you can’t change the circumstances, change the way you look at them’ en deze zin bleef maar door mijn hoofd spoken. Voor de mensen die geen Engels spreken, het betekent zoiets als: als je de omstandigheden niet kunt veranderen, verander dan de manier waarop je er naar kijkt. En dat is zo ontzettend van toepassing op mijn leven, dat die zin voor mijn geschreven moet zijn.

Ik ben inderdaad de eerste die bij negatief nieuws de positieve kant inziet, of ja, ik zie het gewoon iets vaker anders als de normale gang van zaken. En ik denk dat dat mijn kracht is geweest in de afgelopen periode. Hoe moeilijk het ook was, ik wilde gewoon niet weer bij die pakken neer gaan zitten. De kracht van het positivisme is veel groter dan veel mensen denken. Het is namelijk een manier van leven en gaat verder dan zomaar te denken dat het wel weer goed zal komen. Positivisme neem je mee in al je besluiten, in heel de manier waarop je naar zaken kijkt. Ik merk dat heel goed in de dagelijkse omgang. Als mensen te laat zijn voor een afspraak, zal ik niet boos worden, maar zal ik eerder denken dat die ander een goede reden heeft. Als we iets niet hebben kunnen doen, geef ik juist aandacht aan de dingen die we wel hebben gedaan. En als het deze keer niet lukt, dan komt het de volgende keer toch wel weer? Dat heb ik ook al in een vorig verhaal geschreven en het klinkt heel simpel. Maar volgens mij is dit juist wel bijzonder, vooral in deze moeilijke tijd. Gedane zaken kun je niet veranderen, op veel dingen heb je geen invloed en je moet je stemming daarom ook niet laten beïnvloeden door deze factoren. Gewoon anders tegen zaken aan kijken scheelt al een hoop kopzorgen. En juist die manier van denken, doen en kijken heeft mij door de afgelopen zeven maanden heen geholpen. Het heeft me zelfs zo goed geholpen dat ik mijn leven goed op orde heb en ik halsreikend uitkijk naar de rest van mijn leven, ongeacht hoe lang het nog zal duren.

Nou, schitterend stuk heb ik nu weer geschreven. Meer dan duizend woorden waarin ik uitleg dat ik eigenlijk toch best trots ben op mezelf. Ja, ik begon het stuk met schrijven dat het allemaal wat moeizamer verliep. Ik heb de laatste tijd genoeg gedachtes door mijn hoofd spoken, maar het wil maar geen mooi verhaal worden. Ik denk dat dit ook weer met die afsluiting te maken heeft. De emoties lopen (misschien) niet meer zo hoog op en dus heb ik ook niet meer echt die uitlaatklep nodig. Toch zijn er nog veel bijzondere dingen die ik jullie graag wil vertellen. Daarom zal ik ook zeker nog blijven schrijven, ook al duurt het nu wat langer dan verwacht.

Eigenlijk wil ik jullie laten weten dat ik deze rouwperiode zo goed als afgelost heb, dat ik school goed heb afgesloten, dat ik mijn uitlaatklep heb afgesloten, maar dat ik dat eigenlijk nog niet helemaal wil en dat ik daarom snel weer wat ga schrijven. Dit stuk was eigenlijk allemaal meer van hetzelfde, maar toch zijn het specifieke zaken die wel degelijk belangrijk zijn geweest voor me. Dit stuk is dan ook meer bedoeld om weer even in het ritme te komen. Er zijn namelijk nog genoeg aspecten die nog niet zijn beschreven en die ik graag nog even wat aandacht wil geven. Maar dat komt de volgende keer wel weer. Eerst maar eens op vakantie naar Tenerife, het eiland waar ik ruim vijf maanden van mijn leven heb gezeten, om daar op zoek te gaan naar een uitlaatklep die ik thuis niet kon vinden.

Letters. Woorden. Zinnen. Alinea's. Verhalen. Schrijven is echt mijn ding. Ik vertel in mijn verhalen wat ik dagelijks meemaak of wat er in mijn hoofd speelt. Soms leuk, soms ontroerend, altijd persoonlijk. Ik neem je graag mee in mijn leven...

Eén reactie

Reageren?

%d bloggers liken dit: